—  Cultuur  —

Kunst als drijvende kracht voor wederopbouw van Oekraïne

- 4 juni 2024
Het koor van het cultuurcentrum Prostir net voor hun optreden in het Europees Parlement. © Promoot Oekraïne.

In de voorbije twee jaar hebben 6,6 miljoen Oekraïners, waaronder een aantal bekende kunstenaars, hun land moeten verlaten. Ze proberen elke dag hun werk in België verder te zetten, zelfs op vrijwillige basis, om hun cultuur niet te vergeten en die te delen in hun gastland. De concertzaal, de bioscoop of het theater zijn dan ook plaatsen van weerstand en hoop.

Het is 18 uur in het cultureel centrum Prostir, de culturele tak van de NGO Promote Ukraine in Brussel. Elke donderdag komen de leden van het koor van amateurzangers bijeen. De meeste zijn zestigers en spreken Oekraïens. Toen de oorlog twee jaar geleden begon, vluchtten ze allemaal naar België. Ze zijn ver weg van Oekraïne maar dit centrum geeft hen de kans om hun moedertaal te spreken en zich te verbinden met hun cultuur.

Liliya Depo is koorleider en begeleidt de stemmen op de piano. Ze was lid van het Rivnes filharmonsich orkest en was leraar piano forte aan de Universiteit van Rivne in het westen van Oekraïne. Ze startte vrijwilig een koor op toen het centrum opende. “ In het begin, hadden we geen speciale verwachtingen. We wouden gewoon onze Oekraïense liedjes en cultuur levend houden, omdat we ver van ons huis zijn“, legt ze uit. Dit was precies het doel van het centrum toen het in 2022 werd geopend.

Ik zie de pijn die de mensen voelen en ik wil ze zoveel mogelijk helpen.  

De meeste activiteiten zijn gratis en worden georganiseerd door vrijwilligers. Het zijn vooral mensen in transitie. Dit is het geval bijvoorbeeld van Anna Malinina die in 2022 aankwam. Zodra ze hier aankwam is ze Frans en Engels beginnen leren, maar ze heeft het nog niet genoeg onder de knie om een baan te vinden. Ze was ook kunstlerares in haar thuisland en wil dat hier verderzetten zelfs op vrijwillige basis. “Ik zie de pijn die de mensen voelen en ik wil ze zoveel mogelijk helpen. In mijn lessen werken we aan kleine projecten. We schilderen landschappen, we versieren juwelendozen of maken decoraties in oude Oekraïense folkloritische stijl. Ik ben blij dat mensen trots zijn op wat ze doen, het is hartverwarmend,” zegt ze.

Poppen in Oekraïense folkloristische stijl gemaakt tijdens een van Anna’s workshops. © Anna Malinina.

De organisatie doet heel veel voor nieuwkomers. In het begin gaf het koor mensen vooral de gelegenheid om elkaar te helpen. Ze spraken meer over administratie, hulp en taalcursussen dan over liedjes. Dankzij het zingen konden ze de verschillende trauma’s die ze in balllingschap opliepen uitdrukken. “Alle liedjes die we in de eerste maanden zongen waren triest en melancholisch.” Na een tijdje en toen het koor uitgenodigd werd om deel te nemen aan evenementen, wilden de leden laten zien dat hun cultuur niet alleen om oorlog en verdriet draait. De liedjes gingen over het gelukkige leven dat ze in Oekraïne hadden en over de hoop die ze hebben om opnieuw gelukkig te worden “, zegt Liliya.

Dora Zagorodnaya is de organisatrice van het filmfestival “Mriya”, wat “droom” betekent in het Oekraïens en waar de nadruk op optimisme ligt. Dora kwam in Brussel aan toen ze 19 jaar oud was. Ze studeerde filmstudies in Kiev en had al enige profesionele ervaring in de filmsector.

Omdat ze studeerde aan het Royal Institute of Theater Cinema and Sounds (RITCS), kreeg ze de toestemming om filmzalen te gebruiken voor haar festival. In november 2022 werd de eerste editie gehouden. Vooral mensen van de Oekraïense diaspora waren er enthousiast over.

” We willen niemand bang maken.”

Het doel van deze evenementen en projecten is in de laatste twee jaar echter geëvolueerd. Het doel is nu om de Oekraïense cultuur ook te delen met een Belgisch en Europees publiek en niet alleen meer om de bevolking in ballingschap bijeen te brengen. Dat is alvast de inschatting van Pavlo Koshka, voormalig operadirecteur in Odessa. Hij wou graag een project op touw zetten als eerbetoon voor zijn cultuur en ook als dankbetuiging aan België voor alle geboden hulp aan de Oekraïense bevolking.

Tijdens zijn zoektocht naar werk, ontmoette hij een Belgische filmdirecteur die hem hielp om een nieuw project in elkaar te steken. Ze kwamen met het idee op de proppen om over het ballingschap van het Oekraïense volk en hun aankomst in België te vertellen. “De filmregisseur wilde mijn verhaal naar buiten brengen, maar ik vond dat het niet alleen over mij moest gaan, anderen hebben moeilijkere dingen meegemaakt dan ik “, legt hij uit. ” >Ik wil over onze ervaringen vertellen, maar ik weet dat het geen goed idee is om zo’n moeilijke verhalen te vertellen aan een Belgisch en Europees publiek. We kunnen beginnen met minder zwaarbeladen verhalen over onze problemen en moeilijkheden die iedereen kan herkennen. 

Vanuit die insteek wou hij zijn toneelstuk schrijven in samenwerking met een Belgische regisseur en hij wou ook dat het gespeeld zou worden door Belgische acteurs. Zijn doel is om de vriendschap tussen de twee landen te benadrukken, maar ook om het stuk toegankelijker en opener te maken voor een Belgisch publiek.

Het Mryia filmfestival is een internationaal festival, hoewel twee van de vijf categorieën zich op de Oekraïense cinema richten. Het belangrijkste doel van het volgende festival is om een diverser publiek aan te trekken, maar vooral ook Belgen. “Het thema van het festival is “geluk en inspiratie.” “We willen niemand bang maken met onze documentaires die soms hard binnenkomen bij de kijker,” legt ze uit.

Overleven, weerstaan en de hoop vasthouden

De uitgereikte hand naar het Belgische volk staat symbool voor het integratieproces van de Oekraïense diaspora, maar is ook een vorm van soft power. Pavlo ging regelmatig naar theaters en operahuizen om na te gaan wat de verschillen zijn tussen Belgische en Oekraïense manier van werken. Hij betreurde dat de Oekraïense cultuur bijna onzichtbaar was: “Onze cultuur komt hier niet aan bod. Er is geen plaats voor ons. Ik merkte dat de Munt veel Russische opera had, maar geen Oekraïense. Ik begrijp uiteraard waarom, onze muziek is niet erg bekend. >Onze cultuur is heel rijk maar het is aan ons om dat aan het publiek te tonen.

Cultuur is voor hen ook een middel om steun te zoeken bij het publiek naar aanleiding van de oorlog. We mogen niet vergeten worden en de internationale gemeenschap mag de oorlog niet uit het oog verliezen. Het koor heeft daarom de uitnodiging van het Europees Parlement aanvaard om in de grote vergaderzaal te zingen. “We doen ons best om te vechten vanuit België met de middelen die we hebben. Wij voeren een culturele strijd.. Als we de cultuur hier levend kunnen houden, kan ze na de oorlog met ons terug naar huis keren en helpen om een sterker Oekraïne weer op te bouwen. Als we onze cultuur loslaten, zal ze in België en in Oekreïne verdwijnen”, zegt een koorlid.

“Cultuur zorgt ervoor dat de wereld ons ziet, dat we weerstand kunnen bieden en de hoop niet opgeven. “

Het Prostir cultuurcentrum kwam er op initiatief van Promote Ukraine, een Oekraïense vereniging die zich inzet voor de rechten van Oekraïners. Ze weten dat cultuur een rol kan spelen in dit proces. ” We weten dat ons koor een zekere culturele invloed heeft. We willen dat de oorlog stopt en daarvoor hebben we steun nodig, in de vorm van bijvoorbeeld donaties zodat we mensen die nog in Oekraïne wonen kunnen helpen“, zegt Lyuba Karpachova, hoofd van het cultuurcentrum. “Het is nu twee jaar geleden dat de oorlog begon en het wordt steeds moeilijker om te mobiliseren. Cultuur zorgt ervoor dat de wereld ons ziet, dat we weerstand kunnen bieden en de hoop niet opgeven. ”

Dit artikel is geschreven door MA2 studenten van ULB en VUB onder coördinatie van Milaan Augustijns, Alexandre Niyungeko en Lailuma Sadid.